Weest in ijver onverdroten, vurig van geest, dient de Here.
Lezen: Openbaring 3:14-22
14 En schrijf aan de engel der gemeente te Laodicea: Dit zegt de Amen, de getrouwe en waarachtige getuige, het begin der schepping Gods: 15 Ik weet uw werken, dat gij noch koud zijt, noch heet. Waart gij maar koud of heet! 16 Zo dan, omdat gij lauw zijt en noch heet, noch koud, zal Ik u uit mijn mond spuwen. 17 Omdat gij zegt: Ik ben rijk en ik heb mij verrijkt en heb aan niets gebrek, en gij weet niet, dat gij zijt de ellendige en jammerlijke en arme en blinde en naakte, 18 raad Ik u aan van Mij te kopen goud, dat in het vuur gelouterd is, opdat gij rijk moogt worden, en witte klederen, opdat gij die aandoet en de schande uwer naaktheid niet zichtbaar worde; en ogenzalf om uw oogleden te bestrijken, opdat gij zien moogt. 19 Allen, die Ik liefheb, bestraf Ik en tuchtig Ik; wees dan ijverig en bekeer u. 20 Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop. Indien iemand naar mijn stem hoort en de deur opent, Ik zal bij hem binnenkomen en maaltijd met hem houden en hij met Mij. 21 Wie overwint, hem zal Ik geven met Mij te zitten op mijn troon, gelijk ook Ik heb overwonnen en gezeten ben met mijn Vader op zijn troon. 22 Wie een oor heeft, die hore, wat de Geest tot de gemeenten zegt
Uitleg
Hoewel wij gelukkig niet precies weten hoe God ieder mens zal oordelen, toch laat de Bijbel er wel iets van zien, zoals hier. We lezen dat God door onze werken weet wie we zijn.
Degene, die met God geen rekening houdt, werkt naar eigen inzichten om er zelf beter van te worden, om zoveel mogelijk te profiteren van wat het leven biedt. De mens die wel met God rekening houdt en verlangt om Zijn wil te doen, zoekt niet meer zijn eigen belang, maar verlangt ernaar om mede-arbeider van God te zijn voor Zijn komende Rijk!
De eersten zijn de kouden en de laatsten zijn de heten. Daar tussen zit een heel grote groep mensen: de lauwen.
Dat zijn de mensen die zielerust zoeken zonder Jezus als Heer te willen erkennen. Zij geven ieder het zijne, nadat ze er voor gezorgd hebben vooral aan het hunne niet te kort te komen.
Zij weten stichtelijke woorden te spreken om daarmee de bewondering van anderen voor zichzelf te bewerken. Hun bijbelkennis maakt dat ze meer van hun kennis en dus meer van zichzelf houden dan van de Heiland.
Jezus staat buiten de deur van hun leven, van hun geloofsgemeenschap en ze missen Hem niet en horen Hem niet eens kloppen! Want ze zijn rijk en hebben aan niets gebrek en zij weten niet dat ze in werkelijkheid ellendig, jammerlijk, arm, blind, naakt zijn.
Zij praten genoeglijk over de liefde van God, zonder ooit te beseffen dat God hen vol walging uit de mond spuwt! Zij spreken over God zonder ooit op het spreken van God te letten. Stil, hoor, Hij roept ons bij onze naam! Laten we de deur van ons hart voor Hem openen: „Kom binnen, Here!”
Christengemeente de Brug
chr.debrug@debrugmaasmechelen.be
Ringlaan 410
Voorgangers
Jean & Godelieve Houben
Tel.: 089 - 76 66 76
2 Kronieken 15:7
Gij dan, weest sterk en laten uw handen niet verslappen, want uw werk zal beloond worden.