Maar indien wij in het Licht wandelen, gelijk Hij in het Licht is, hebben wij gemeenschap met elkander; en het bloed van Jezus, Zijn Zoon reinigt ons van alle zonde.
Lezen: 3 Johannes: 1-12
1 De oudste aan de geliefde Gajus, die ik in waarheid liefheb. 2 Geliefde, ik bid, dat het u in alles wèl ga en gij gezond zijt, gelijk het uw ziel wèl gaat. 3 Want het heeft mij zeer verblijd, als er broeders kwamen en van uw waarheid een goed getuigenis gaven, zoals gij dan ook in de waarheid wandelt. 4 Groter blijdschap ken ik niet, dan dat ik hoor, dat mijn kinderen in de waarheid wandelen. 5 Geliefde, gij handelt trouw in alles wat gij aan de broeders doet, en dat nog wel aan vreemdelingen, 6 die in tegenwoordigheid der gemeente getuigd hebben van uw liefde; indien gij hen voorthelpt, gelijk het Gode waardig is, zult gij wèl doen; 7 want zij zijn uitgegaan ter wille van de Naam, zonder iets van de heidenen aan te nemen. 8 Wij behoren dus zulke mannen te ontvangen, opdat wij mogen samenwerken voor de waarheid. 9 Ik heb aan de gemeente een en ander geschreven; maar Diotrefes, die onder hen de eerste tracht te zijn, ontvangt ons niet. 10 Daarom zal ik, als ik kom, herinneren aan zijn werken, die hij doet, daar hij met boze woorden tegen ons zwetst; en hiermede nog niet voldaan, ontvangt hij zelf de broeders niet en weerhoudt ook hen, die het wel willen doen, en hij werpt hen uit de gemeente. 11 Geliefde, volg het kwade niet na, maar het goede. Wie goed doet, is uit God, (maar) wie kwaad doet, heeft God niet gezien. 12 Van Demetrius is een goed getuigenis gegeven door allen en door de waarheid zelf; en ook wij geven een goed getuigenis en gij weet, dat ons getuigenis waar is.
Uitleg
In dit gedeelte wordt veel gesproken over de waarheid. Ik denk dat het soms beter anders genoemd had kunnen worden. In het eerste vers b.v. zou het duidelijker zijn als we lazen: ‘Die ik oprecht lief heb’.
Johannes, die al een heel oud man is als hij deze brief schrijft, verheugt zich erin dat hij gehoord heeft dat Gajus een oprecht man is, van wie broeders een goed getuigenis gaven.
Reeds toen al begon de schijnvroomheid zich te laten gelden in de Gemeente. Heerszucht en geldingsdrang dreef mensen tot het verlangen om de belangrijkste te zijn. Maar Gajus was anders. Gajus verlangde daar niet naar. Gajus wilde de Here dienen, en wie God wil dienen is goed en trouw ten opzichte van iedereen. Hij hielp vreemdelingen, zoals dat past bij iemand die God wil dienen. Hierin komt dan ook duidelijk zijn oprechtheid naar voren.
Hoe heel anders was het met Diótrefes! Hij verlangde er helemaal niet naar om te dienen. Hij wilde de belangrijkste zijn. Hij duldde niemand naast zich en wie gastvrij broeders uit andere plaatsen wilde ontvangen, wierp hij uit de Gemeente. Verder trachtte hij met mooipraterij zijn daden te verdoezelen. Ach, hij had misschien wel veel kennis; er moet toch íets zijn geweest wat hem zo belangrijk maakte!!
Wat een afschuwelijke misleiding is dat! Wandelen in de waarheid is heel wat meer dan Schriftkennis hebben. Er staat ook eigenlijk niet in ‘de’ waarheid, maar: in waarheid, dus in oprechtheid. Daarom schrijft Johannes zijn brief ook niet aan Diótrefes maar aan Gajus.
Het is goed om ons af te vragen aan wie Johannes nú zijn brief zou kunnen sturen! Aan ons misschien?
Christengemeente de Brug
chr.debrug@debrugmaasmechelen.be
Ringlaan 410
Voorgangers
Jean & Godelieve Houben
Tel.: 089 - 76 66 76
2 Kronieken 15:7
Gij dan, weest sterk en laten uw handen niet verslappen, want uw werk zal beloond worden.