voorzeker, ik acht zelfs alles schade omdat de kennis van Christus Jezus, mijn Here, dit alles te boven gaat.
Lezen: Johannes 1:35-40
35 De volgende dag stond Johannes daar weer met twee van zijn discipelen. 36 En toen hij Jezus zag gaan, zeide hij: Zie, het lam Gods! 37 En de twee discipelen hoorden hem dat zeggen en volgden Jezus. 38 Maar Jezus keerde Zich om en zag, dat zij Hem volgden, en Hij zeide tot hen: 39 Wat zoekt gij? Zij zeiden tot Hem: Rabbi – wat, vertaald, wil zeggen: Meester –, waar houdt Gij verblijf? 40 Hij sprak tot hen: Komt en gij zult het zien. Zij kwamen dan en zagen, waar Hij verblijf hield, en zij bleven die dag bij Hem; het was omstreeks het tiende uur.
Uitleg
Zie het Lam Gods!”, zei Johannes de Doper tegen zijn discipelen, toen hij Jezus zag. Hieruit spreekt een onvervalst en diep verlangen bij Johannes, dat degenen die eerst hem hadden gevolgd, nu verder achter Jezus zouden aangaan. Dit is het zuivere verlangen van een echte dienstknecht van God.
Paulus heeft gezegd: „Wees mijn navolgers, gelijk ik ook Christus navolg!”(1Kor.11:1). Maar Paulus heeft niet voor altijd zijn volgelingen aan zich willen binden. Nee, hij trok anderen achter zich aan totdat zij zelf tot een dusdanige geloofsgehoorzaamheid waren gekomen, dat zij met blijdschap zelf hun weg met de Here konden vervolgen.
Johannes en Paulus stonden hun leerlingen graag af aan de grote Leraar Jezus Christus.
De belangrijke vraag voor ons is: zijn wij bereid zo betrouwbaar achter Jezus aan te gaan, dat het voor anderen zinvol is om onze volgelingen te worden?
Maar zijn we dan óók bereid en verheugen we ons bij de gedachte, om hen aan Hem Zelf af te staan, wanneer zij zelf zicht krijgen op het Lam Gods?
We zullen nooit mensen volgelingen van Jezus zien worden, als we zelf niet bereid zijn om Hem werkelijk te gehoorzamen. Hooguit zullen de mensen achter ons aanlopen om ons te imiteren, maar Jezus zullen ze nooit navolgen als Hij in ons leven niet zichtbaar werd. „Zie het Lam Gods!”, zei Johannes, en zijn discipelen volgden Jezus.
Want Johannes doopte met water, maar Jezus zou dopen met de Heilige Geest. Echter, ze zochten Hem niet om de doop, doch om Hemzelf, om bij Hem te zijn, want op Jezus’ vraag: „Wat zoekt gij?”, antwoordden zij: „Waar houdt Gij verblijf?”(Joh.1:39).
Christengemeente de Brug
chr.debrug@debrugmaasmechelen.be
Ringlaan 410
Voorgangers
Jean & Godelieve Houben
Tel.: 089 - 76 66 76
2 Kronieken 15:7
Gij dan, weest sterk en laten uw handen niet verslappen, want uw werk zal beloond worden.